Ongeveer drieduizend kinderen in Nederland groeien op in een gezinshuis of een leefgroep, terwijl ze onder voogdij staan.
Het ouderlijk gezag berust dan niet (meer) bij hun eigen ouders, maar bij een gecertificeerde instelling voor jeugdbescherming. In de praktijk wordt dit gezag uitgeoefend door een professionele voogd. Die werkt niet bij de instelling waar deze kinderen wonen en opgroeien, maar bij de gecertificeerde instelling voor jeugdbescherming. ‘Op afstand’ dus. Deze kinderen zien hun voogd niet zo vaak, eigenlijk alleen als er officiële dingen geregeld moeten worden. Voogden wisselen bovendien nogal eens – ze worden zwanger, krijgen een andere baan of gaan met pensioen. Deze kinderen hebben daardoor vaak het gevoel ‘van niemand’ te zijn.
Er is een alternatief: de burgervoogd. Een burgervoogd is een natuurlijke persoon (een gewoon mens) die de voogdij op zich neemt over een kind dat woont en opgroeit in een instelling (op een leefgroep) of in een gezinshuis. Met een gewoon iemand, een burgervoogd die de voogdij heeft, hebben deze kinderen weer een iets normaler leven.
- Kijk en luister naar het verhaal van Danny, over zijn burgervoogd Bouke.
- Kijk en luister naar het verhaal van Marinette, over haar burgervoogd Gio.
Coronacrisis – zorg goed voor elkaar!
Ook kinderen, jongeren en hun burgervoogden krijgen te maken met de beperkende maatregelen in verband met de coronacrisis. Bezoek is vaak niet mogelijk, al zijn er wel uitzonderingen mogelijk. De regelingen hiervoor verschillen per instelling. Het Nederlands Jeugdinstituut (NJi) een lijstje met tips voor professionals in de residentiële jeugdhulp samengesteld, met een afwegingskader voor bezoek in een residentiële omgeving, maar instellingen gaan daar verschillend mee om. Komt u als burgervoogd in de problemen door een bezoekverbod of komt u andere knelpunten tegen, neem dan contact op met de Alliantie Burgervoogdij via burgervoogdij@gmail.com. Dan zoeken we samen een oplossing. Zorg goed voor elkaar!